Nieuwelingen in het geloof prijzen de Heer’ voor waar zij van verlost zijn. Zij willen de Heer’ wel volgen waar ook heen (Luk. 6v57). Alleen weten zij veelal niet dat Jezus ‘niets heeft waar Hij het hoofd op neer kan leggen’. Komen hun verwachtingen in Jezus volgen niet uit, komen de moeilijkheden, dan verlaten zij Hem. Het spreken van Jezus, de werkelijkheid in het volgen, is hun te hard (Joh. 6v60) . Voor Jezus discipelen, de oprechte christen, is het een vreugde dat in het lijden (Joh. 16v33) God Zijn kracht openbaart. In de moeilijkheden jezelf overwinnen (Spr. 16v32), door de kracht van Gods Geest, zal eten van de boom des levens (Opb. 2v7)